Articles

BEPAALD LIDWOORD

EngelsPortugees
de (mannelijk enkelvoud)o
de (mannelijk meervoud)os
de (vrouwelijk enkelvoud)a
de (vrouwelijk meervoud)as

Opmerking: Het gebruik van het bepaalde lidwoord in het Portugees komt grotendeels overeen met het gebruik van 'the' in het Engels, hoewel er een aantal belangrijke verschillen zijn.

  • Met zelfstandige naamwoorden die in algemene zin worden gebruikt
  • Met de namen van talen, behalve na werkwoorden die nauw verbonden zijn met talen, zoals falar 'spreken', entender 'begrijpen', aprender 'leren', estudar 'studeren', enz.
  • Met de namen van de meeste landen
  • Met titels indien vergezeld van een eigennaam
  • Met eigennamen,
  • In numerieke uitdrukkingen,
  • Met de namen van maaltijden en seizoenen,
  • Met de namen van bedrijven, winkels, bars, restaurants, straten, tv-netwerken en -zenders, computerprogramma's, sportteams, enz.
  • Voor de bezittelijke bijvoeglijke naamwoorden (meu, teu, seu, nosso, etc.)

ONBEPAALD LIDWOORD

EngelsPortugees
een (mannelijk)um
sommige (mannelijk meervoud)um
een (vrouwelijk)uma
sommige (vrouwelijk)umas

Het onbepaalde lidwoord (Engels 'a', 'an') heeft in het Portugees ook aparte vormen voor mannelijk en vrouwelijk. In tegenstelling tot het Engels heeft het onbepaalde lidwoord ook meervoudsvormen die overeenkomen met het Engelse 'some', en wordt het gebruikt om niet-specifieke zelfstandige naamwoorden aan te duiden, waarmee het overeenkomt in geslacht en aantal.

Opmerking: Hoewel uns en umas beschouwd kunnen worden als het meervoud van het onbepaalde lidwoord, is het echte meervoud van een zelfstandig naamwoord + onbepaald lidwoord in het Portugees dat zelfstandig naamwoord in zijn meervoudsvorm, op zichzelf staand. Uns en umas geven eigenlijk de betekenis van 'sommige' of alguns/algumas.

Samentrekkingen van de bepaalde lidwoorden met voorzetsels

Het bepaalde lidwoord kan als volgt worden samengetrokken met de voorzetsels a (to), e (of, from), em (at, in, on) en por (by, for, through)

Voorzetsel de + lidwoord, betekent 'in', ''s', ', 'van', 'van'

  • de + o = do > O melhor do mundo! De beste ter wereld!
  • de + a = da > O livro da Manuela Manuela's boek
  • de + os = dos > O teor dos discursos… De inhoud van de speeches…
  • de + as = das > Ela é das Ilhas Gregas. Ze komt van de Griekse eilanden.

Voorzetsel em + lidwoord, betekent 'op', 'bij', 'over', 'van', 'in'':

  • em + o = no > O saco está no banco. De zak ligt op de bank.
  • em + a = na > Eu ando na universidade. Ik zit op de universiteit.
  • em + os = nos > Ele pensa sempre nos filhos. Hij denkt altijd aan/over zijn kinderen.
  • em + as = nas > Já viste nas gavetas? Hebt u in de lades gekeken?

Voorzetsel a + lidwoord, betekent 'op', 'aan', 'bij':

  • a + o = ao > Ele está ao telefone. Hij is aan de telefoon.
  • a + a = à > A minha avó vai à missa todos os domingos. Mijn oma gaat elke zondag naar de mis.
  • a + os = aos > Já enviámos as encomendas aos clientes. We hebben de pakketten al naar onze klanten gestuurd.
  • a + as = às > O jantar de gala é às nove da noite. Het galadiner is om 21.00 uur.

Samentrekkingen van de onbepaalde lidwoorden met voorzetsels

Voorzetsel em + onbepaald lidwoord, betekent 'op een', 'in een', 'in dergelijke':

  • em + um = num > Ele sentou-se num banco. Hij ging op een bankje zitten.
  • em + uma = numa > Ponha o bolo numa caixa, por favor. Doe de taart in een doos, alstublieft.
  • em + uns = nuns > O artigo usa-se nuns casos e omite-se noutros. Het lidwoord wordt in sommige gevallen gebruikt en in andere gevallen weggelaten
  • em + umas = numas > Meti-me numas embrulhadas! Ik kwam zo in de problemen!